Volendam. Waar toeristen de koning te rijk zijn. En wij dus ook.

Vorige week kampeerden we in Edam.
We wandelden tijdens ons weekendje  daktent – testen over de dijk tot Volendam.  Een mooie, rustige wandeling.

Bootjes tellen onderweg… Een onbegonnen werk.

 

Volendam dus.
Iets in mij zegt dat deze plek een no-go is voor Nederlanders.
Dat je deze toeristische trekpleister net zo goed even kan overslaan.
Dat je je de moeite kan besparen.

Hier zwaait koning Toerist immers de plak.
Hier spreken ze je aan in het Engels, ook al spreken we quasi dezelfde taal.  Hier worden bussen vol dagjestoeristen gedropt.
Hier ontdek je het – zogezegd – authentieke Nederland.

Doorgaans houden we echter niet van Toerisme met de grote T.
Doorgaans laten we gecommercialiseerde plaatsen liever voor wat het is.  Doorgaans zoeken we liever de écht authentieke plaatsen op.
Doorgaans….
Maar doorgaans durven we ook zo nu en dan al eens af te stappen van onze gewoontes… en belandden wij net als vermoedelijk 2,5 miljoen andere bezoekers dit jaar in het kleine, maar o zo toeristische dorpje.   Verwachtingen loslaten.

En jawel, wat een heerlijk dagje!  Wat hebben we genoten van Volendam!

Kom je aan in Volendam, springen meteen tientallen fotostudio’s in het oog.  Niet één.  Niet twee.  Nee, om de zoveel meter een fotostudio.  Ze springen als paddenstoelen uit de grond.  Foto’s in traditionele klederdracht laat je hier maken.  Wij voelden ons niet meteen geroepen, maar het is wellicht een must als je hier bent.

Wat ons meer aansprak, is de gezellige sfeer.  Terrasjes aan het water.  Een heerlijk zonnetje er bij.  Iets verderop een kaasmuseum.  Kaas, terrasjes en mooi weer.  Wat heeft een mens meer nodig?
Heel even kregen we onder onze voeten omdat wij als Belgen een zakje frietjes bestelden in Volendam.  Dat blijkt not done te zijn ‘want die kunnen toch nooit zo lekker zijn als in België’.
Ze hadden een punt.  Lekkerder als ‘t Patatje worden ze nergens.  Maar dat besef je natuurlijk pas als je kan vergelijken. Overigens zat een rit naar ons stamfrituur er niet in vanuit het verre Volendam.  En als de goesting er is…

Ook leuk is de boot naar Marken.  Varen is altijd een beetje reizen.  Een eiland heeft altijd iets exotisch.  Zelfs in Nederland.  Al valt er behalve een heerlijke gin tonic aan het water, op Marken niet veel te zien.  Je moet het er hebben van de koddige omgeving.  Lieflijke grachtjes.  Schattige huisjes.  Maar een leuk uitstapje is het absoluut.  Onze kids hebben genoten.  Wij hebben genoten.   Check.

De wandeling terug naar de camping was eerder pittig te noemen.  Tegen het einde van de dag hadden we een tiental kilometer in de benen.  Dat begon bij de kids wat door te wegen, al is alles snel vergeten bij een lekker hapje en een shotterkaske*.  

 

 

*  Kickertafel  😉 

Wat vind jij van dit artikel?